Door op een foto te klikken krijgt u een vergrote weergave. De foto, vooral de scherpte, is dan echt van veel betere kwaliteit.

Op mijn beelden rust copyright (© advanduren) en ze mogen niet voor andere doeleinden worden gebruikt dan waarvoor mijn schriftelijke toestemming is verleend.

zondag 21 juli 2019

Zeearenden in Nederland

Enkele keren al had ik het genoegen om in Nederland een zeearend te spotten en maakte ik er foto's van, eigenlijk tegen beter weten in omdat het altijd van veel te ver weg was om er überhaupt fatsoenlijke foto's van te kunnen maken. Ondanks dat het uiteraard hele forse vogels zijn waren het meestal slechts stipjes aan de horizon. Maar je bent, zeker bij zo'n eerste waarneming, zo enthousiast en ook een beetje beduusd dat je er simpelweg foto's van wilt, zo niet, moet maken.
Dit voorjaar waren we weer eens op ons vertrouwde stekje op een camping in Drenthe van waaruit we regelmatig tochtjes maken in de omgeving o.a. de Groningse polders het Lauwersmeer en het Zuidlaardermeer, gebieden waar de zeearend al enkele jaren voorkomt en ook al voor nageslacht heeft gezorgd. 
Men is erg bezorgd voor mogelijke verstoring van de vogels die op ongeveer 500 meter van een zandpad een nest hebben gebouwd in een klein bosje in de weilanden. Vorig jaar al hebben ze daar jongen grootgebracht en ik ontdekte bij het langsrijden hun aanwezigheid. Toen ik stopte om wat foto's te maken werd ik er al vrij snel door enkele andere fotografen, die inmiddels te voet waren gearriveerd, op gewezen dat ik beter zo snel mogelijk weer kon instappen en doorrijden omdat de autoriteiten op die plek zowel een parkeerverbod alsmede een verbod om te stoppen en uit te stappen hadden ingesteld op straffe van een forse boete om veel toeloop en daarmee verstoring te voorkomen. Het bord aan het begin van het pad dat daarnaar verwees had ik even gemist. Ik kan dit alleen maar toejuichen temeer omdat ik later hoorde dat er enkele fotografen waren geweest die het toch niet hadden kunnen laten om het weiland in te lopen om dichterbij te kunnen komen, indachtig het verwerpelijke gezegde "alles voor de foto". Als je dan bedenkt dat zelfs de boer van wie het weiland is een verbod had gekregen om in een ruime cirkel rond het bosje te maaien en dit ook respecteerde, dan snap je hoe idioot sommige gasten bezig zijn om foto's te kunnen maken.
Ik ben vorig jaar met m'n (zware) apparatuur een keer het kilometerslange pad ingelopen om op 500 meter afstand enkele foto's te maken, maar je zult begrijpen dat dat niets geworden is.
Ook dit jaar, zij het op een andere plek, waren de zeearenden daar aanwezig en weer waren er uiteraard maatregelen getroffen. Ik heb enkele keren met m'n zware uitrusting (statief, camera, telelens), uiteraard te voet, het lange pad afgelegd en een keer had ik het geluk dat een van de vogels wat dichter naar het pad aan de rand van het weiland gevlogen kwam.
Het zijn nog lang niet de foto's die goed zijn en waarvan ik kan zeggen dat ik er tevreden over ben, maar in de hoop ze nog eens beter te kunnen maken wilde ik deze hier toch alvast laten zien en met jullie delen. 
Veel kijkplezier en bedankt voor de fijne reacties op mijn vorige blog over de koekoek (klik hier)

Groet,
Ad



Een moment waarop een van de arenden wat dichterbij kwam. Hier kun je goed zien waarom deze vogel met recht de vliegende deur genoemd wordt, een enorme spanwijdte van wel 2,5 meter van zijn brede vleugels met diepe vingers. Karakteristiek is ook de korte witte staart.



Het paartje zeearenden bij elkaar. De foto is genomen met 600 mm. en inclusief de cropfactor van de camera op 900 mm. In werkelijkheid zitten de vogels nog verder weg, ik heb hier nl. al wat stukjes afgesneden, maar ik vond het wel mooi om de bloeiende bomen nog mee in beeld te hebben.



In een wat andere houding. Op zo'n afstand negeerden de vogels me totaal en deden hun ding wat voornamelijk neerkwam op rusten en soms elkaar even aanhalen om de band te verstevigen.



Uit dezelfde burst, maar anders bewerkt zodat je toch wat meer vogel ziet. Ze blijven eigenlijk voortdurend in de buurt van het nest dat zich ergens links in een van de bomen van het bosje bevindt.



Af en toe waren ze samen druk in de weer om flinke plukken gras te verzamelen die ze vervolgens naar het nest brachten waarschijnlijk ter verdere aankleding of voor onderhoud want lokale waarnemers die ik sprak wisten me te vertellen dat ze al jongen hadden.



Aanvoer van vers gras. Soms stonden de hoogspanningsmasten foto's danig in de weg.



Einddoel voor het gras bijna bereikt.



Ik heb me verder geconcentreerd op wat vliegbeelden zodra een van de vogels wat dichterbij kwam.



Het is best lastig belichten, als de vogel verder best goed belicht is, is de witte staart al heel snel uitgebeten.



Altijd fijn als de wolken wat meewerken.






De absolute koning van het luchtruim. Je kunt hier ook zien dat de vogel geringd is, geen idee of het een in Nederland geboren jong is.



Het zijn ook fantastische zwevers, minutenlang zonder een vleugelslag.






Een en al suprematie, de omgeving afspeurend.



Slotwoord:
Het is me niet bekend of dit broedgeval tot en goed einde gekomen is en dit paartje de jongen succesvol heeft grootgebracht. Feit is wel dat de zeearend het in ons land best goed doet en ieder jaar zorgt voor uitbreiding van de populatie. Wie had dat enkele decennia geleden kunnen denken.

P.s. op de terugweg van een kort verblijf in Noord-Holland hebben we nog even de Oostvaardersplassen aangedaan. In het bezoekerscentrum daar staat een prachtig opgezette zeearend. Pas zo dichtbij zie je hoe imposant zo'n vogel is, ik heb me daaraan staan te vergapen.

Volgend keer wil ik een andere, voor Nederland zeldzame, roofvogel laten zien: de grauwe kiekendief.

maandag 24 juni 2019

Koekoek

De koekoek is wat mij betreft zo'n vogel als de kleine karekiet. In de late lente en vroege zomer hoor je ze op tal van plekken roepen, maar zien doe je ze niet zo vaak.
Zoals wellicht bekend is de koekoek een broedparasiet die haar ei legt in het nest van meestal een klein zangvogeltje zoals de rietzanger, de rietgors, bosrietzanger, witte kwikstaart of de graspieper vaak in gebieden met rietopstanden, maar even goed kun je hem aantreffen in een haag in het nest van een heggenmus. Na het leggen van het ei neemt de koekoek over het algemeen een eitje van de waardvogel mee om het voor de pleegouder zo onopvallend mogelijk te laten lijken. Na het uitkomen van het koekoeksjong werkt dit de overige, nog niet uitgekomen eitjes van de waardvogel en de eventueel al aanwezige jongen over de rand van het nest en wordt verder alleen door de waardvogel opgevoed.
Zo'n groot in het nest aanwezige of al uitgevlogen koekoeksjong behoort tot de wens van veel natuurfotografen en ook ik hoop dat ooit nog eens te kunnen vastleggen. Maar niet minder blij verrast was ik toen ik dit voorjaar in een gebied dat ik vrij frequent bezoek en waarvan ik weet dat er aardig wat koekoeken rondvliegen enkele vogels, die op zoek waren naar een geschikt nest en daarbij elkaar regelmatig bijna in de veren vlogen, van vrij dichtbij kon fotograferen.
Enkele middagen heb ik hieraan besteed en af en toe zag je ze een hele tijd niet om vervolgens weer actief te worden en al roepend achter elkaar aan te gaan en in de veren te vliegen. Ik heb niet kunnen constateren of dat nou territoriumgedrag is of baltsgedrag van een paartje dat elkaar probeert te veroveren.
Het betrof hier twee grijsblauwe exemplaren wat zowel mannetjes als vrouwtjes kunnen zijn in tegenstelling tot de bruine kleurvariant die ook voorkomt en dan altijd een vrouwtje is.
Verder is het nog vermeldenswaardig dat de koekoek een van de weinige vogels is die harige rupsen eet, een zegen overigens in deze tijd van de eikenprocessierupsen, daarover op het eind van dit blog nog iets meer. Verder is de koekoek maar korte tijd hier, immers hij/zij hoeft zelf geen jongen groot te brengen. De oudervogels vertrekken daarom begin augustus meestal alweer naar Afrika terwijl ze pas vanaf de tweede helft van april hier waren. Bijzonder daarbij is dat de jonge vogels pas later en volledig zelfstandig op trek gaan en zonder ooit te hebben geleerd waar ze naar toe moeten vliegen de weg naar Afrika weten te vinden. Een van de onontdekte wonderen van de vogelwereld. Door dit plotselinge vroege verdwijnen en de gelijkenis met de sperwer dacht men vroeger dat de koekoek in de winter in een sperwer veranderde.
Veel plezier bij het bekijken van dit blog na deze lange inleiding en bedankt nog voor jullie reacties op mijn vorige blog over de witwangstern (klik hier)

Groet,
Ad



Een van de foto's die ik tijdens de sessies van vrij dichtbij kon maken. Ik was erg content met deze foto vooral omdat de vogels nog net los van elkaar zijn al zou ik gewenst hebben dat de onderste koekoek zijn kop nog iets meer gedraaid had.



Over het algemeen komen de vleugels van de koekoek tijdens de vlucht nauwelijks boven het lichaam uit hoewel dat tijdens mijn sessies regelmatig toch wel het geval was.



De staart is bedekt met witte stippen en heeft tevens een witte eindband.



De eerste keer dat ik dit gedrag mocht genieten bevond het tafereeltje zich nog redelijk ver van me af hoewel ik er toch een aardige serie van kon schieten.
Ik heb bewust gekozen voor een landscape uitsnede omdat ik van deze foto's later nog een av-presentatie wil maken en daarvoor een uniform formaat het meest geschikt is.






Op afstand ging het er heftig aan toe waarbij de onderste vogel verticaal in de lucht hing.






Toen ze elkaar bijna genaderd waren vlogen ze weer uit elkaar en achter elkaar aan. Ditzelfde gedrag heb ik een aantal keren terug gezien.



Ik herhaal de openingsfoto hier nog even omdat hij deel uitmaakt van de serie hieronder.
Dit tafereel speelde zich op ongeveer 10 meter voor mijn neus af, ik was blij dat ik op dat moment mijn converter tussen de camera en lens had verwijderd.



Hier zie je dat de vleugels in vlucht wel degelijk boven het lichaam worden uitgestoken.



Hier had ik het geluk dat de ogen en snavel van de onderste vogel mooi zichtbaar waren tussen de vleugels.



En ook hier weer, toen ze elkaar bijna aanraakten gingen ze al roepend achter elkaar aan.






Toen de voorste koekoek verjaagd was keerde de ander zich om en kwam nog dichter mijn kant opgevlogen.






Om vervolgens op een tak in een (lelijk gesnoeid) boompje te gaan zitten.



Hier zijn de prachtige structuren van de onderdekveren van de vleugels zichtbaar.



Iets meer uitgesneden waardoor een andere compositie ontstaat.



Wankel evenwicht hoewel hij altijd met afhangende vleugels zit.



De rust is weergekeerd.

Slotwoord:
Zoals ik in de inleiding van het blog aangaf eet de koekoek harige rupsen, wellicht een van de redenen dat hij in dit gebied in redelijk aantal voorkomt. En dat heb ik geweten, weken na de sessies bij de koekoeken heb ik vol gestaan met zeer irritant jeukende huiduitslag ten gevolge van de rondzwevende, maar onzichtbare brandharen van de eikenprocessierups. Een natuurfotograaf moet er  soms wat voor over hebben.

vrijdag 26 april 2019

Witwangstern

Zoals in mijn vorige blog (klik hier) aangekondigd dit keer geen blog van meerdere soorten maar alleen foto's van de in Nederland vrij zeldzame witwangstern.
De witwangstern is evenals de witvleugelstern en de zwarte stern een moerasstern en in Noord-West Europa de minst voorkomende en tevens de grootste van de drie.
Tijdens een vakantie in Drenthe maakten we regelmatig uitstapjes naar het Zuidlaardermeer en tijdens een van die tochtjes vonden we aan de rand van het meer een plasje waar we wel heel bijzondere sterntjes zagen vliegen. Bij nadere beschouwing bleken het witwangsterns te zijn die daar overigens ook met visdiefjes hun habitat hadden gevonden en daar zelfs ook jongen hadden grootgebracht.
Witwangsterns zijn hele snelle vliegers zoals de meeste sterns, ze wenden en keren plotseling in de vlucht en je kunt ze met een telelens bijna niet volgen. Er zijn dan ook heel wat van die vluchtfoto's in de prullenbak beland, maar ik heb daar gedurende een aantal dagen best veel tijd besteed zodat ik toch een aantal acceptabele foto's heb kunnen maken.
Bedankt nog voor de vele reacties die ik mocht ontvangen op mijn vorige blogbericht (zie hierboven) en ik hoop dat deze foto's jullie eveneens bevallen.

Groet,
Ad



In volle duikvlucht naar beneden om even later weer recht omhoog te schieten. Hier is goed de kenmerkende zwarte borstpartij te zien.


De vleugels zijn wat breder en korter dan die van de visdief en noordse stern.






Een en al sierlijkheid in de vlucht.









De staart is minder gevorkt dan bij de visdief en noordse stern.



De jongen hebben in tegenstelling tot de ouders een bruin geschubd rugdek, maar missen daarentegen nog de zwarte borst.






Ze kunnen behoorlijk te keer gaan om maar te zorgen dat de ouders voer aanslepen.



En kunnen daarbij een flinke bek opzetten.



Dat voer bestaat uit insecten, vissen en schaaldieren, maar zelfs een kikker wordt niet versmaad zoals je ziet.



De jongen doen allerlei vliegoefeningen om het kunstje onder de knie te krijgen.






Ondanks de wat minder slanke vorm van de vleugels zie je toch aan de lengte wel dat het sterns zijn.



Langzaam krijgen ze dan toch de kunst van het vliegen te pakken....






...En worden het echte luchtacrobaten...








Die niet meer onderdoen voor de vliegkunst van de ouders.






Omdat ze zo sierlijk zijn nog wat vliegbeelden van adulte vogels.






Als ze naar beneden duiken, laag genoeg zijn en je timing goed is kun je beelden met een hele andere achtergrond maken.



Als een zilveren vogel hangt hij in de lucht. Met deze en voorgaande foto was ik erg blij.



Het blog is wel erg lang geworden, maar toch nog deze laatste twee foto's ter afsluiting.